Jongeren met een lichamelijke handicap en seksualiteit. Een overzicht van de literatuur

  • Auteur:
    Willy van Berlo & Corina van der Put
  • Pdf openbaar:
    Yes

In dit artikel wordt een overzicht gegeven van de literatuur vanaf 1990 over jongeren met een lichamelijke handicap en seksualiteit. In theorieën hierover wordt de directe fysieke invloed van de handicap op het seksueel functioneren beschreven, en de invloed van psychologische factoren die met de handicap samenhangen, zoals de opvoeding, reacties uit de omgeving, zelfwaardering, enzovoort. Daarnaast heeft de soort handicap invloed op het seksueel functioneren. In de empirische literatuur wordt dit onderscheid niet altijd gemaakt. Wat betreft de (seksuele) ontwikkeling zijn ouders van jongeren met een handicap vaak overbeschermend en controlerend, zijn er weinig conflicten met de ouders en is er veel contact met volwassenen in plaats van met leeftijdgenoten. Zich afzetten tegen de ouders en contact met leeftijdgenoten wordt belangrijk geacht voor de seksuele ontwikkeling. Onderzoek naar seksueel gedrag laat zien dat er vaak een discrepantie is tussen wat jongeren met een handicap verlangen en feitelijke ervaringen. Vergeleken met controlegroepen wordt niet altijd een verschil gevonden wat betreft seksuele activiteit, maar wer wanneer handicaps onderscheiden worden, en wanneer ook ernstige handicaps worden meegenomen. Ook als het gaat om zelfwaardering is het van belang specifieke handicaps te onderscheiden. Een goede relatie met de ouders en de school zijn van belang. Seksueel misbruik komt bij mensen met een handicap vaker voor dan bij mensen zonder handicap. Redenen daarvoor zijn onder meer de diffuse grens tussen functionele en affectieve aanrakingen, gebrek aan seksuele voorlichting en afhankelijkheid van zorg. Om seksueel misbruik te voorkomen moeten kinderen en jongeren met een handicap voorgelicht en weerbaar gemaakt worden, en er moet beleid ontwikkeld worden. De positieve kanten van seks mogen daarbij niet ondergesneeuwd raken. Seksuele voorlichting blijkt vaak niet toegesneden te zijn op de handicap, en daar is wel behoefte aan. Verder lijkt voorlichting aan ouders opportuun, waarin naast biologische en praktische aspecten van seksualiteit en handicap ook de waarden en normen van ouders, de behoefte aan onafhankelijkheid en de attitudes van een niet-gehandicapte maatschappij aan de orde komen.

Meer in deze categorie:

Later artikel
Klinische les

ISSUES