Costs of pleasure and the benefits of pain: self-perceived genital sensation, anatomy and sexual dysfunction

  • Geschreven door Myrthe Bandell

Callens N, Bronselaer G, De Sutter P, De Cuypere G, T'Sjoen G, Hoebeke P, Cools M. Costs of pleasure and the benefits of pain: self-perceived genital sensation, anatomy and sexual dysfunction. Sex Health. 2016 Feb;13(1):63-72. doi: 10.1071/SH15160

Oscar Wilde schreef: “Ik adoreer de simpele fijne ervaringen, zij zijn de laatste vlucht van het ingewikkelde”. Helaas is seksueel plezier vaak niet simpel. Ongeveer 15-21% van de premenopauzale vrouw heeft regelmatig pijn bij het vrijen (Laumann, et al., 1999). Onderzoek heeft uitgewezen dat er een complexe samenhang is tussen seksuele disfuncties bij vrouwen en leed tijdens seksuele activiteit, met daarbij verminderd lichamelijk plezier als een belangrijke mediërende factor. Onduidelijk is nog steeds of er een samenhang is tussen het genitale zelfbeeld en genito-pelviene pijn. Wel weten we dat vrouwen met genito-pelviene pijn meer negatieve gevoelens en gedachten hebben over hun genitaal dan vrouwen die pijn-vrij zijn (Pazmany, Begeron, van Oudenhove , Verhaeghe , Enzlin, 2013)

De hier beschreven studie wil het verband laten zien tussen seksuele disfunctie en de mate van genitale gevoeligheid (plezierig of pijnlijk). Daarnaast werd onderzocht of de seksuele disfunctie ervoor zorgt dat de ervaring als vervelend wordt ervaren. Om dit te onderzoeken vulden 256 vrouwen (gemiddelde leeftijd van 22 jaar) vragenlijsten in (FSFI, FSDS-R en SAGASF-F (vragenlijst voor genitale anatomie en seksuele functie)). Vrouwen die menopauzaal waren (n=6), een chronische ziekte hadden (=36) of geen seksuele activiteit hadden de afgelopen vier weken (n=62) werden uitgesloten van het onderzoek (104 vrouwen totaal). Deze vrouwen (Nederlandssprekend) werden op een treinstation gevraagd om mee te doen, een folder met een link erop werden aan hen meegegeven.

Het resultaat van het onderzoek: de clitoris wordt als meer gevoelig dan de vagina (p<0,001) gerapporteerd maar heeft geen effect op de hoeveelheid pijnlijke ervaringen (p=0,49). Bij de vrouwen met seksuele disfuncties (totaal 36 vrouwen met een score lager dan 26.55 op de FSFI en lager dan 11 op de FSDS-R) was er sprake van hogere genitale gevoeligheid, minder seksueel plezier en minder intens orgasme en meer moeite om een orgasme te bereiken (p <0,05) dan vrouwen zonder seksuele disfunctie. De kans op een seksuele disfunctie was hoger bij last of ongemak in de vaginale regio dan in de clitorale regio (odds ratio 5,59 en p=0.009, 95% betrouwbaarheidsinterval 1,53-20.39).

Conclusie: Deze studie zou kunnen wijzen op een relatie tussen de zelfperceptie van de genitale sensitiviteit en seksuele plezier en de seksuele ervaring. Verhoging van de fijne genitale sensatie, vooral tijdens partner seks, kan zorgen voor vermindering van pijn en daarbij vermindering van de bestaande seksuele disfunctie.

Commentaar: Het lijkt alsof ze de onmogelijke kip of ei-vraag willen beantwoorden: Wat was er eerder: de pijn of de seksuele disfunctie? Dat de gevoeligheid van de clitoris hoger is, is volgens mij fysiologie en een open deur, immers de top van een penis is ook gevoeliger dan de schacht. Dat de kans op seksuele disfunctie hoger is bij vrouwen die meer hinder hebben in de vaginale regio lijkt mij terug te voeren op de bekkenbodem die aanspant (vaginaal). Daarnaast kan te weinig opwinding leiden tot vaginale droogheid en pijn geven. Met bewondering heb ik gekeken naar de genitale vragenlijsten die de gevoeligheden kunnen meten. De vrouwen die ik met seksuele disfuncties onderzoek (meestal heeft het merendeel nog nooit gekeken) vinden het vaak moeilijk om exact aan te geven waar de pijn precies zit. “De genitale zelf-perceptie is complex en is onder invloed van cognitieve, emotionele en fysiologische mechanismen” wordt in het commentaar geschreven. Ook hier komt gelukkig het bio-psycho-sociale model om de hoek kijken “Seksueel plezier is en blijft nog steeds niet simpel” om maar bij Oscar Wilde te blijven.

 

Literatuur

Laumann et al, sexuale dysfunctiones in the united states: prevalence and predictors. JAMA 1999: 281:537-44 doi 10.1001/jama.281.6.537

Pazmany, E, Begeron Sm, van Oudenhove L, Verhaeghe J, Enzlin P. Body image and genital self-image in pre-menopausal women with dyspareunia. Arch Seks behav 2013; 42; 999-1010 doi; 10.1007/21050508-013-0102-4.

Gepubliceerd in Internationale Publicaties