Hiv-bestrijding begint met GIS-werk. Geografische informatiesystemen en hiv-preventie

  • Geschreven door Rob Hermanussen

Op de Coul, E. et al. (2017) Hiv-bestrijding begint met GIS-werk. Geografische informatiesystemen en hiv-preventie. Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde, 161:D965.

Eline Op de Coul et al hebben gebieden met een hoge hiv-prevalentie in Nederland in kaart gebracht door bij de Stichting HIV Monitoring per postcodegebied de aantallen hiv-patiënten op te vragen en deze te relateren aan CBS-gegevens over het aantal inwoners per gemeente of wijk. De verspreidingskaart laat zien dat de hiv-epidemie in Nederland geconcentreerd is in de grote steden. De hoogste prevalenties zijn te vinden in achtereenvolgens Amsterdam, Rotterdam en Den Haag; hun stadskaarten tonen vervolgens duidelijke verschillen op wijkniveau. In de drie steden hadden de wijken met de hoogste hiv-prevalenties over het algemeen ook de hoogste hiv-incidenties. De auteurs stellen dat pro-actief testen in steden en wijken met een bekende hiv-prevalentie > 2 per 1000 inwoners van 15-60 jaar kan helpen om hiv tijdig op te sporen, bijvoorbeeld door huisartsen proactief hiv-tests te laten aanbieden aan nieuwe patiënten die zich aanmelden bij de praktijk of aan patiënten bij wie bloed wordt afgenomen.

Late hiv-diagnose geeft een bekorting van de levensverwachting met tien jaar en is een belangrijke reden voor het doorgaan van de epidemie. Het is daarom belangrijk dat er meer getest wordt. De afgelopen jaren zijn er een aantal redenen voor het testen op hiv gedefinieerd. De NHG Standaard Het soa-consult adviseert om bij een soa-testverzoek een hiv-test aan te bieden aan mannen die seks hebben met mannen, personen uit hiv-endemische gebieden, intraveneuze drugsgebruikers, mensen die veel seksuele partners hebben (meer dan drie in het afgelopen halfjaar), prostituees en prostituanten én partners van mensen uit deze groepen. Vanaf 2007 adviseert de adviescommissie Actief testbeleid deze groepen ook actief te benaderen en jaarlijks of halfjaarlijks te screenen, ongeacht de hulpvraag waarmee zij op het spreekuur komen. Ook kunnen klachten en indicatoraandoeningen reden zijn voor het verrichten van hiv-diagnostiek. De aanbeveling van de auteurs in stedelijke gebieden ook buiten de risicogroepen te gaan screenen kan ervoor zorgen dat de proportie ongediagnosticeerde hiv in deze gebieden verder afneemt. Deze aanbevelingen zijn overigens, zoals de auteurs zelf ook al stellen, conform die in Engeland al sinds 2008 gelden, onderbouwd door onderzoek dat aantoonde dat pro-actief testen bij iedereen in gebieden met een hiv-prevalentie > 1 per 1000 inwoners kosteneffectief is.

Overigens dient ervoor gewaakt te worden uit het artikel de conclusie te trekken dat er buiten de Randstad géén hiv voorkomt. Zoals in de afbeeldingen wordt duidelijk gemaakt is de prevalentie van hiv in vrijwel alle regio's in Nederland groter dan 0,2 per 1000 inwoners tussen 15 en 60 jaar. Zoals Eline Op de Coul eerder al beschreef is buiten de Randstad de proportie ongediagnosticeerde hiv veel groter dan in de grote steden. Pro-actief testen van risico-groepen en testen op basis van symptomen en indicator-aandoeningen blijft buiten de Randstad dan ook van het grootste belang!

Literatuur

Van Bergen, J., Dekker, J.,, Boeke, A., Kronenberg, E., Van der Spruit, R., Burgers, J., Bouma, M., & Verlee, E (2013). NHG Standaard Het soa-consult, Eerste herziening. Huisarts Wet; 56(9):450-463

Standpunt adviescommissie actief testen en counselen: Aanscherpen actief testbeleid onder doelgroepen noodzakelijk. Amsterdam, 2007. http://www.soaaids-professionals.nl/documenten/Standpunt-Adviescommissie-actieftesten-hiv-2007.pdf.

UK National Guidelines for HIV Testing 2008. British HIV Association, British Association of Sexual Health and HIV, British Infection Society. September 2008.

ELM Op de Coul et al. Changing Patterns of Undiagnosed HIV Infection in the Netherlands: Who Benefits Most from Intensified HIV Test and Treat Policies? Clark JL, ed. PLoS ONE. 2015;10(7):e0133232. doi:10.1371/journal.pone.0133232.

Gepubliceerd in Internationale Publicaties